De hopvogel

Bloed stroomt,
uit reeds gesloten wonden.
De roep van de hopvogel snijdt
als vlijmscherpe messen door de geest.
Traag stroomt het vocht
door diepe dalen, langs eeuwenoude stronken
van bomen die allang gestorven zijn in vergetelheid.
Haar veren zijn
langzaam rood verkleurd, totdat
de zwarte regen valt en alles schoonwast. Schoonheid,
wit als gebleekte botten
ontvouwt zich in het nieuwe licht.

Leave a Reply